Gepubliceerd op 13-06-2017

Impeachment

betekenis & definitie

Een Amerikaans rechtsmiddel, waarmee hoge ambtenaren en volksvertegenwoordigers wegens een politiek misdrijf door het parlement kunnen worden vervolgd met het doel hen af te zetten.

Impeachment betekent letterlijk in twijfel trekken, beschuldigen, verdacht maken. Impeachment heeft zijn oorsprong in Engeland. Gewone burgers konden ingeval van verraad op een aanklacht van het Lagerhuis door het Hogerhuis worden berecht. Leden van de adel konden wegens elk misdrijf door het Lagerhuis worden vervolgd. In de loop van de negentiende eeuw raakte impeachment in Engeland in onbruik.



In de Verenigde Staten werd impeachment in 1789 in de grondwet opgenomen. De president, de vice-president en alle burgerlijke functionarissen kunnen wegens verraad, omkoping of andere ernstige misdrijven door het Huis van Afgevaardigden worden aangeklaagd en door de Senaat worden berecht. Aangezien leden van de Senaat impeachment kunnen toepassen, zijn zij er zelf van uitgesloten; het Huis van Afgevaardigden of de Senaat kunnen echter wel de immuniteit van individuele leden opheffen. De Senaat kan slechts met een tweederde meerderheid tot een veroordeling besluiten. Het vonnis kan ontzetting uit het ambt, maar ook ontzegging van elk staatsambt inhouden. De procedure is in de Verenigde Staten slechts twaalf keer toegepast, voornamelijk tegen federale rechters, en heeft slechts vier keer tot een veroordeling geleid.

Naar aanleiding van de Watergate-affaire trad president Nixon in 1974 af om een dreigend impeachment te voorkomen. De juridische commissie van het Huis van Afgevaardigden was toen al bezig met het opstellen van de beschuldigingen.