1. (aan de godheid iets) beloven, wijden, geven, bestemmen, honorem alci, Verg., quod Libitina sacravit, wat dood is, Hor., meton., heilig onschendbaar maken, foedus, Liv., deum sede (met een tempel eren). Liv., lex sacrata, op wier overtreding een vloek volgt of de zwaarste straf staat, Cic.
2. (= consecrare), (een persoon) tot godheid verheffen, overdr. = onsterfelijk maken.