Gepubliceerd op 11-11-2021

snee

betekenis & definitie

v. sneeën, sneetje (1 het snijden; 2 de opening door snijden ontstaan: insnijding, wonde; 3 door snijden verkregen vorm: snit, coupe; af gesneden schijf, dun plat stuk; 4 scherp gedeelte):

1. onder de snee liet de patiënt geen kik; fig. dat was, kwam juist ter snee, van pas; gras van de eerste snee, het eerst gemaaide gras; de snee van een vers; zie caesuur; Z.-N. het bier is van (of: op) snee, goed om gedronken te worden;
2. de snee van een zaag; een diepe snee in de vinger;
3. de snee v. e. japon, jas enz.; een boek verguld op snee, door het afsnijden der vellen verkregen oppervlakte; de eerste snee hooi is thans binnen; een snee brood; een sneetje koek;
4. de snee v. e. mes.

< >