Definities van Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal in de Ensie K
- kromgroeien
- kromhals
- kromheid
- kromhout
- kromliggen
- kromlijnig
- kromlopen
- kromme
- krommen
- krommes
- kromming
- kromneus
- kromo
- krompraten
- kromsluiten
- kromspreken
- kromstaart
- kromstaf
- kromtaal
- kromte
- kromtong
- kromtrekken
- kromzwaard
- kronen
- kroniek
- kroniekachtig
- kroniekschrijver
- kroning
- kroningsfeest
- kroningsinsignes
- kronkel
- kronkelbocht
- kronkeldarm
- kronkelen
- kronkelig
- kronkeling
- kronkelpad
- kronkelweg
- Kronos
- krontjong
- kroon
- kroondaalder
- kroondomein
- kroonduif
- kroonerwt
- kroongetuige
- kroonglas
- kroonjaar
- kroonjuweel
- kroonkandelaar
- kroonkolonie
- kroonlijst
- kroonluchter
- kroonpretendent
- kroonprins
- kroonraad
- kroonrad
- kroonreiger
- kroonvogel
- kroonvuur
- kroonwerk
- kroos
- kroosje
- kroost
- kroostrijk
- kroot
- krootse
- krop
- kropaar
- kropader
- kropbrood
- kropduif
- kropgezwel
- kroppen
- kropper, kropperd
- kroppig
- kropsalade, kropsla
- kropziekte
- krot
- krotensuiker
- krotter
- krozen
- krozig
- kruchen
- krucherd
- kruid
- kruidachtig
- kruidboek
- kruiden
- kruidenier
- kruidenierswaren
- kruidenwijn
- kruiderij
- kruidig
- kruidigheid
- kruidje-roer-mij-niet
- kruidkaas
- kruidkoek
- kruidkunde
- kruidnagel