Gepubliceerd op 11-11-2021

boze

betekenis & definitie

I. m., in bet. 2 bozen (1 de duivel; 2 slecht mens):

1. hier had de boze hem gewacht; dat is uit den boze, komt van den duivel, is slecht;
2. God doet zijn zon opgaan over goeden en bozen.

II. o. (het kwaad, de zonde): het boze in de wereld.