bloedde, h. gebloed (bloed laten vloeien, verliezen): mijn neus bloedt; uit zijn neus bloeden; fig. mijn hart bloedt, ik treur erg; zegsw. hij zal (er voor) moeten bloeden, a) betalen, b) boeten; zie doodbloeden, doek 2.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk