Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-10-2019

Projectiel

betekenis & definitie

(krijgsk.), voorwerp, dat door mechanische of scheikundige krachten wordt voortgeworpen. Bij de blijden, katapulten enz. geschiedde dit door mechanische krachten, bij moderne vuurwapenen spelen scheikundige krachten een rol.

Tot de invoering van het getrokken geschut (1858) waren de p. bolvormig, daarna cylindro-ogivaal; tijdens den Wereldoorlog zijn kleine wijzigingen in den vorm aangebracht, o.a. is het p. slanker gemaakt en de achterkant afgeschuind om den luchttegenstand beter te overwinnen. De oudere p. waren ong. 2-3 kalibers (d.w.z. 2-3 maal zoo groot als de doorsnede van het p.) lang, de beschrijvende lijn van den kop had een straal van 2-3 kalibers, de moderne p. zijn max. 5 kalibers lang, de straal van het ogief bedraagt tot 8 kalibers.

Achter het ogief bevindt zich de centreering, d.i. een kleine verdikking van het cylindrisch gedeelte om het p. in het vuurwapen te centreeren. Achter aan het p. bevinden zich één of meer koperen banden, waarin de trekken van het vuurwapen groeven snijden om aan het p. de vereischte rotatie te geven ter stabiliseering in de baan en tevens dienen zij voor gasafsluiting.

Men onderscheidt → granaten, → granaatkartetsen en → brisant-granaatkartetsen.Het uit den Wereldoorlog bekende Parijskanon verschoot op een afstand van ruim 100 km projectielen, waar de trekken tevoren op het cylindrisch gedeelte waren aangebracht.

Lichtprojectielen zijn gevuld met één of meer verlichtingspatronen, die met een valscherm zijn verbonden. Het projectiel is voorzien van een tijdbuis; bij het springen komen de lichtpatronen vrij, beginnen te branden en door middel van het valscherm daalt het licht langzaam. Zie verder ook de artikelen → Lichtgevende munitie; Eenheidsprojectiel. Nijhoff