Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 29-10-2019

Peping

betekenis & definitie

of Peiping, (Chin., = Vrede in het Noorden), vóór 1928 Peking (= Noordelijke hoofdstad) genoemd,

1° Hoofdstad der Chin. prov. Hopei; ca. 1 500 000 inw. P. ligt aan een kruispunt van wegen, in een lössvlakte, ’s zomers heet en vochtig, ’s winters koud en droog. De temp. loopt uiteen tusschen +26° C en —5° C; regenval ca. 62 cm. De plattegrond van de stad is symmetrisch en bedekt ca. 65 km2. In het N. lag de binnenstad (of Mantsjoestad), omgeven door hooge muren (zie afbeelding 2 op de pl. t/o kol. 401 in dl. VII). Het binnenste deel was de Keizersstaden daarbinnen de Verboden stad of Roode stad, genoemd naar den rooden muur, die haar omgaf. De keizerlijke paleizen zijn nu veranderd in musea en te bezichtigen evenals de parken, meren en tempels. In het Z. sluit zich de buitenstad hierbij aan, waar de Chineezen wonen. De huizen zijn klein en door tuinen omgeven; de Jezuïetenkerk en de kathedraal steken hier boven uit. P. is een belangrijke handelsstad en heeft industrie van porselein, glas, zijde, lucifers en sigaretten. De meeste gezanten resideeren hier en niet in Nanking, de nieuwe hoofdstad. Zeer vele onderwijsinrichtingen, waaronder 10 universiteiten of hoogescholen. Ook de missies onderhouden vele scholen; bekend is de sterrenwacht der Jezuïeten (zie afb. in kol. 417 in dl. VII). Meteorologisch instituut; vliegveld.

Reeds 1000 v. Chr. werd P. genoemd als hoofdstad van een leenstaat. In 1421 verlegden de Ming-keizers de residentie van Nanking naar P.; dit bleef zoo onder de Mantsjoe’s en onder de republiek tot 1928. In 1860 werd P. bezet door de Eng. en Franschen; in 1900 door een internationaal expeditiecorps.

Lit. : Favier, P. hist. et descr. (1902) ; Bredon, P. a historical and intimate description (Sjanghai 1920); Gamble en Burgesz, P. (1922); Schmitthenner, Chin. Landschaften und Stadte (1925). Heere.

2° Apost. vicariaat. P. was reeds onder den naam Cambaloe van 1307 tot 1483 een aartsbisdom, gesticht door → Joannes van Monte Corvino O.F.M., met 7 suffraganen. Alstoen ten onder gegaan, herleefde het als bisdom Peking van 1690 tot 1858. In dat jaar kwam P. onder het apost. vicariaat van Noord-Tsjeli, hetwelk geleidelijk gesplitst is. Sedert 1910 is P. een afzonderlijk apost. vicariaat, dat ca. 270 000 Kath. telt. In dit gebied zijn sinds 1810 de Lazaristen werkzaam, thans bijgestaan door 110 inl. priesters.

< >