Genereeren - of oscilleeren van een radiotoestel is het zelf-opwekken van een hoogfrequente ongedempte trilling, waardoor het toestel als een zendertje gaat werken. Het ontstaat door een te vaste koppeling tusschen den roostertrillingskring en den anodekring van een radio-ontvanglamp, waardoor zooveel energie uit den anodekring in den roosterkring wordt gevoerd, dat hierin niet alleen het energieverlies in den weerstand wordt gedekt, maar bovendien de trillingen worden opgeslingerd.
Bereiken deze de antenne, dan worden zij uitgestraald en kunnen in naburige antennes, door interferentie met een golf van een betrekkelijk weinig verschillende frequentie, zwevingen veroorzaken, die als gevolg hebben, dat een combinatietoon wordt gehoord, waarvan de hoogte verandert met de afstemming van de eigen-frequentie van het toestel („Mexicaanschehond”). Ook in den genereerenden ontvanger kan, onder dezelfde voorwaarde, een combinatietoon ontstaan.
Door toepassing van nieuwere typen lampen is het gelukt de overdracht der opgewekte trillingen aan de antenne te beletten,.v. Gils.