Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 24-04-2019

Daglied

betekenis & definitie

Daglied - (Fr., Aube, Oud-Provengaalsch: Alba), populair afscheidslied, dat in alle landen bekend is, en de onderbreking door den opkomenden morgen schildert van het samenzijn van twee geliefden. De oude Fransche en Proven(jaalsche aube verschilt niet enkel van dit daglied door het ridderlijk milieu, waarin het tooneel speelt, maar ook door de verhouding van den minnaar tot zijn vriendin, die immer de vrouw van een ander is en vnl. de dame van den slotheer: tevens door de fictie van den waker, die den dag aan de verliefden en niet aan de bespieders of „losengiers” aankondigt.

Formeel kenschetsend is het refrein en het woord „aube”, dat telkens terugkomt. Deze alba stamt uit Provence, vanwaaruit zij zich verspreid heeft over Noord-Frankrijk, en Duitschland (Wolfram von Eschenbach, enz.). De eenige Noord-Fransche, volledig tot ons gekomen aube, het lied Gaite de la tor (13e eeuw) vertoont, zooals de Proven«jaalsche alba, de typische figuur van den waker, alsook het refrein (maar zonder de herhaling van het woord „auba”).

Lit.: K. Bartsch, Ueber d. roman. u. dtschen Tagelieder (1865); de Gruytcr, Das deutsche Tagelied (1887); G. Schlager, Stud. üb. d. Tagelied (1895). Ulrix