Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 02-02-2019

Argonauten

betekenis & definitie

Argonauten - (Gr. m y t h.), de Argovaarders. De tocht der A. werd door een aantal Gr. helden ondernomen om het Gulden Vlies te halen uit Colchis. Leider was > Iason, die het plan voor den tocht gemaakt had in opdracht van Aeson. Heracles, Theseus, Castor en Pollux, Polyphemus, Peleus, Meleager, de Boreaden: Zetes en Calaïs, en Orpheus gingen mede.

De litteraire traditie noemt bovendien nog vele andere helden en het aantal avonturen was voor uitbreiding vatbaar. De voornaamste trekken der sage komen hierop neer: het schip was de Argo, tot dan toe het grootste schip, onder leiding van Athene te Pagasae gebouwd; daarin was een stuk van den heiligen eik te Dodona verwerkt, dat de gave van spreken en voorzeggen bezat. Vijftig roeiers konden er plaats in nemen. Onder het gezang van Orpheus voeren de A. naar Lemnos en Cyzicus. Daar bevrijdden ze de Doliones van de zesarmige reuzen. Ze bereikten Bithynië, waar Araycus, koning der Bebrycen, een vuistvechter, door Pollux werd overwonnen. In Thracië bevrijdden de Boreaden, Zetes en Calaïs, den blinden Phineus van zijn kwelgeesten, de Harpyen. De A. passeerden de Symplegaden, de telkens tegen elkander slaande rotsen, die daarna voor altijd vast stonden.

Langs de Zuidkust der Zwarte Zee varende bereikten ze bet Ares-eiland, Aretias, waar zij de door Heracles verdreven Stymphalische vogels, die daar een wijkplaats hadden gevonden, wegjoegen naar het vasteland. In Colchis wilde koning Aeëtes het Gulden Vlies aan Iason slechts geven als deze een ónmogelijke opdracht zou volbrengen. Iason slaagde daarin met behulp van ’s konings dochter Medea. Zij bedwelmde den draak, die het Gulden Vlies bewaakte. Iason roofde het. Medea vluchtte met de A. en nam haar broertje Absyrtus mee. Toen Aeëtes hen achtervolgde, doodde zij Absyrtus en strooide zijn ledematen over de zee.

De koning zag de drijvende ledematen van zijn kind en verzamelde ze. Daardoor hadden de A. gelegenheid om te ontvluchten. Zij bereikten eindelijk na vele avonturen de haven van Pagasae. De sagen, die den tocht der A. betreffen, zijn grootendeels ontstaan door de tochten der Milesiërs over de Zwarte Zee. Het land Aia, waarin Colchis lag, localiseerde men doorgaans ten N. der Zwarte Zee; hier en daar vinden we echter een localiseering in het verre Westen. De tocht der A. leverde dankbare thema’s aan antieke kunstenaars.

L i t.: Roscher, Ausführliches Lexikon der Griechischen und Römischen Mythologie (I, 502 s.v. Argo).

Davids.

Voorstelling in de kunst. Vooral op vazen zijn de A. afgebeeld, als ze op Cyzicus of in Bithynië aan land gaan (Ficoronische Cista): Polydeukes bindt Amycus aan een boom vast. Op een Apulische vaas het gesprek tusschen Iason en Medea. Vele voorstellingen behandelen den strijd met de slang of den draak om het Gulden Vlies. Knipping.

De Argonauten in de literatuur. Over deze helden ontstond een uitgebreide cyclus van avonturenverhalen. De stof, waaruit reeds door den dichter der Odyssee, door Pindarus en Euripides geput urerd, vond na Christus’ geboorte nog bewerkers in Seneca, Apollonius van Rhodus en Valerius Flaccus. Bijzonder werd zeer dikwijls de Medea-figuur dramatisch behandeld, bij de Grieken door Sophocles en Euripides, bij de Romeinen o.a. door Ennius, Ovidius, Seneca, later door Comeille, Grillparzer, Mendès. v. d. Eereribeemt.

< >