(ont'sluiten) (ontsloot, heeft ontsloten)
1. Verh. opendoen, openen : het oog -. → oor. Syn. opendoen, openen, openmaken. Tgst. dichtmaken.
2. openbaren : zijn gemoed voor iemand -.
Gepubliceerd op 13-02-2020
betekenis & definitie
(ont'sluiten) (ontsloot, heeft ontsloten)
1. Verh. opendoen, openen : het oog -. → oor. Syn. opendoen, openen, openmaken. Tgst. dichtmaken.
2. openbaren : zijn gemoed voor iemand -.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: