(metamor'fo:zə) v. (-n)
1. Algm. gedaanteverandering, -verwisseling.
2. Inz.
a. Dierk. gedaanteverwisseling door de insekten in hun jeugd ondergaan.
b. Plantk. verandering van een orgaan in een ander: de verandering van een blad in een bloemblad is een -.
c. Myt. gedaante verwisseling van mensen in dieren, rotsen, bomen, sterren enz.