(dokksr) (Jan Pieter) Nederlands sterrenkundige en staatsman, ° 9 okt. 1755 te Middelburg, 1798 lid van het Voorlopig Uitvoerend Bewind der Bataafse Eepubliek, t 30 okt. 1831 te Aksel. Fokker II (dokkdr) 1.
Eig. (Anthony Herman) Nederlands industrieel, ° 6 apr. 1890 op Java, tijdens de Wereldoorlog direkteur van een vliegtuigenfabriek te Berlijn, later van een dergelijke fabriek te Amsterdam, t 23 dec. 1939 te New York. 2. fokker v. (-s) Metn. door Fokker (1) ontworpen vliegmachine, fokkera ('fokk») v. (-raas, -’s) ra aan de fokkemast. fokkerij dokkd'rij) v. (-en; -tje) 1. Eig. het fokken. 2. Metn. inrichting daarvoor, fokkewant (dokkd) o. want van de fokkemast. Fokko Cfokko) m. (-’s) * Volkerus. foks (foks) m. (-en) [Eng.] vos : is een hondenaam. foksia = fuchsia.