Gepubliceerd op 28-04-2019

Zieden — koken

betekenis & definitie

Zieden en koken duiden, transitief gebezigd, het verhitten eener vloeistof aan tot zij begint op te borrelen. Zieden, dat eigenlijk hetzelfde beteekent als koken, wordt bij sommige bepaalde vloei¬stoffen, waaruit iets anders bereid wordt, gebruikt.

Men verstaat er dan meestal onder een sterkeren graad van verhitting dan bij koken. Men ziedt zout, zeep en dergelijke. Intransitief gebruikt drukken zij uit dat eene vloeistof, tengevolge van hitte, damp begint te ontwikkelen en opborrelt. Zieden wordt in deze beteekenis veel minder gebruikt dan koken. In figuur¬lijken zin beteekenen beide dat iets in zeer sterke beweging geraakt, een hartstocht of drift buitengemeen hevig wordt of dat het bloed zeer sterk verhit wordt.

Het koken van de zee. Kokend van drift. Het kookt in mijn binnenste. Van toorn zieden.

< >