Vuurpotten dienden in vroeger tijden ter verwarming van voetgangers en koetsiers en van hen die voor hun beroep buiten werkten en een kar gebruikten (melkboer, bakker, schillenboer, scharensliep, koperslager). Wanneer de potten voor het eerst geplaatst werden, is niet bekend. De post hiervoor kwam voor de eerste maal voor in de gemeentebegroting voor 1934.
In 1929 stonden ze op de Dam, het Stationsplein, de Westermarkt en het Waterlooplein; ook op de markten waren ze aanwezig. Toen er auto's met afgesloten cabines kwamen en de handkarren verdwenen, verdween daarmee ook de behoefte om bij vorst vuurpotten op de openbare weg te plaatsen. Traditie bleef dat bij de herdenking van de Februaristaking* nog vuurpotten worden geplaatst, evenals in de kerstweek, als het Leger des Heils op de Dam actief is.
