(18e eeuw) (Barg.) schoenmaker.
• (Cartouche of de gestrafte booswigt: Uyt het Fransch in Nederduitsche vaerzen. 1731)
• (Nicolas Racot de Grandval: Nederduitsch en Bargoens woordenboek. 1743)
Isidoor Teirlinck: Woordenboek van Bargoensch. 1886)
• (H. de Seyn-Verhougstraete: Het Bargoensch van Roeselare. 1886)
• (Paul van Hauwermeiren: Bargoens. Vijf eeuwen geheimtaal van randgroepen in de Lage Landen. 2020)