Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 16-07-2024

stropdrager, stroppendrager

betekenis & definitie

(18e eeuw) (spot.) Gentenaar. Andere spotnamen zijn: leeuw* en muiter*.

• Van Gent! Zoo, zoo, ge zyt een Stropdrager! Ge spreekl nogtans zoo plat vlaemsch als ik. (Sleeckx: De keizer en de schoenlappers, of De gekroonde leers. Blyspel met zang in één bedryf. 1856)
• Stroppendragers, stropdragers, znw., m., mrv. — Spotnaam der Gentenaars. (Jozef Cornelissen & Jan Baptist Vervliet: Idioticon van het Antwerpsch dialect. 1900)
• Kom, drink eene borrel... ja, 't is wat te zeggen ... de menschen zijn tegenwoordig gauw op hun paard... en als hij nu nog een stroppendrager was ... of een maanblusscher... of een schapenkop... of een kiekenvreter... maar 'n Antwerpsche pag adder van de Vuilrui... Suikerdeboeren!... (Lode Baekelmans: Zonnekloppers. 1906)
• Stropdragers (Schimpnaam voor de inwoners van Gent). Galgezagers (Idem voor die van Zaandam). Galgelappers (Ibid. voor die van Leeuwarden). Men weet hoe bij den opstand van Gent (1539), de magistraat en de aanzienlijkste burgers der stad, in hun hemd, blootsvoets en met den strop om den hals voor den keizer moesten verschijnen en hem vergiffenis afsmeeken. — De oorsprong van den spotnaam Zaandammer galgezager ligt in het omzagen van de galg, waaraan de schuldigen van het Zaandammer turfoproer (Mei 1678) hingen. Dit feit geschiedde in den nacht van 18 op 19 Aug. 1678 (BOE.). — De oorsprong van gatgelappers wordt door Woordenschat (De Beer-Laurillard) niet opgegeven., (Alfons de Cock: Spreekwoorden en zegswijzen: afkomstig van oude gebruiken en volkszeden. 1908)
• Weet ge, hoe de Gentenaar aan den bij- en spotnaam van „stropdrager” komt? Welnu: Onder de regeering van Keizer Karei, weigerden de Gentenaars den noodigen steun, om den Keizerin zijn strijd tegen Frankrijk te helpen; de straf bleef niet uit. Op 15 Februari 1540 kwam de Keizer naar Gent en deed de opstokers kerkeren. Op 29 April werd de stad een boete van 150.000 gouden Carolussen met eeuwigdurende rente van 6000 gouden Carolussen opgelegd en verbeurdverklaring van alle privilegiën. De 16 leiders werden onthoofd en de stad verplicht zich in ’t openbaar aan den Keizer te onderwerpen. Een groot deel der bevolking, gekleed in zwarte tabaarden, blootshoofd, moesten op hun knieën de keizerlijke vergiffenis afsmeeken. 50 der boetelingen droegen een koorde om den hals. (Lode van Gent: Grepen uit het Vlaamse volksleven. 1928)
• Stropdrager. Een der bijnamen van de Gentenaars; omdat Keizer Karei, die Gent strafte, eischte dat de bewoners voor hem zouden verschijnen met een strop om den hals. (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1950)
• Een van de belangrijkste kenmerken van de Gentse geschiedenis is het rebelse karakter van deze stad, dat vooral tot uiting komt in haar permanente strijd voor vrijheid. Op verschillende ogenblikken in haar geschiedenis kwam Gent in opstand tegen de vorst. Deze conflicten vertoonden eigenlijk altijd hetzelfde kenmerk: de vorst probeerde een ‘moderne’, d.w.z. meer gecentraliseerde staat uit te bouwen, terwijl Gent het stedelijk particularisme verdedigde. Aan een van die conflicten danken de Gentenaars hun spotnaam: de stroppendragers. De stad kwam in opstand tegen de centralisatiepolitiek van Karel V. In 1540 trok de keizer ten strijde tegen zijn opstandige geboortestad. Gent werd streng gestraft en haar leiders moesten in hun ondergoed en met een strop om de hals vergiffenis vragen. (Ons Erfdeel. Jaargang 33. 1990)

< >