Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 17-08-2023

prames, pramus

betekenis & definitie

(1890 Roeselare) (Barg.) aandeel in de buit. 'Prames staan': er deel aan hebben. Endt (Bargoens Wdb) denkt aan mogelijke invloed van Fr. 'prendre'.

• (Köster Henke: De boeventaal. 1906)
k stoa je proamis mit je oal.... fenàcht,.... s-e tegge.... as je.... w-auje.... m-oar hep.... (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 1. 1912)
• Maar ook dien erwtenblazer had hij in de ramen. Kon hem linke! Voor een soofie nóg nie. Hier-en-gunter!... doen maar: Janus-in-de-walvisch-van-een-twee-drie. Hij hield hullie prames. (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 3: Manus Peet. 1922)
•- Stuur mijn 'n kraai ajje je beene uitstrekt... ikke fraag je niks!
- Ik staan je prames!... viel lachend de spotvogel Bruine Piet Mooie Karel bij. (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 4: Mooie Karel. 1925)
• 'Tien rugge op je pramus!!' gulsde Snoekie mee. (Willem van Iependaal: Polletje Piekhaar, 1935)
• „Hij had van mijn vijftig gulden prames kenne krijge. Maar nou werd het pleite om je leven. Ik riep: de val is met kedin! Maar die kopere boute verstaan tegeswoordig ook al de gobbertaal. (J.A. Visscher: Schooier waar ga jij naar toe? 1939)
• (Enno Endt & Lieneke Frerichs: Bargoens Woordenboek. 1974)
• proamis, ik sta je ~, ik dee! met je, Querido Jordaan. (Jan Berns m.m.v. Jolanda van den Braak: Taal in stad en land. Amsterdams. 2002)
• (Van Dale Modern Bargoens Woordenboek. 2009)
• (Paul Van Hauwermeiren: Bargoens zakwoordenboek. 2011)
• (Paul van Hauwermeiren: Bargoens. Vijf eeuwen geheimtaal van randgroepen in de Lage Landen. 2020)

< >