Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 26-02-2024

plathouder

betekenis & definitie

(1912) (Amsterdam) eigenaar van duiven op een plat.

• Als Frans niet toevallig was binnengekomen, dan had dat tijgerwreed katertje toch zeker een van de duiven gegrepen of hem minstens een vlerk of een poot afgescheurd. Dat waren nou zijn zeldzaam-gele Turken of Arabiërs, in den geheelen Jordaan bij geen enkelen plathouder te zien, - op wier broed hij zoo trotsch was geweest als op zijn mooiste vogels. (Israël Querido: De Jordaan: Amsterdamsch epos. Deel 3: Manus Peet. 1922)
• In onze goede oude hoofdstad vormt het kweken, verzorgen en dresseren van duiven een zeer oude liefhebberij In oude en nieuwe stadsgedeelten vindt men hier en daar hoge gevaarten, stevig op de daken bevestigd. Die platten hebben in het midden een z.g. „knip", waarop een sterke, 'gedresseerde duif zit. Dit dier, de „Brasser", is de rechterhand van zijn baas, de plathouder. (Het vrije volk, 06/07/1949)
• (J.G.M. Moormann: De Geheimtalen. 1964)
• plathouder, eigenaar van duiven op een plat, Querido Jordaan. (Jan Berns m.m.v. Jolanda van den Braak: Taal in stad en land. Amsterdams. 2002)

< >