(18e eeuw, vero.) zich dwaas en kinderachtig gedragen. Een 'lijmstang' is volgens Van Dale: een stok die met vogellijm wordt besmeerd om vogels te vangen.
• Hy loopt met de lijmstang. Dat zegt, hy stelt zich dwaas en kinderachtig aan. ’t Is ontleent van de jongens, die vogeltjes vangen met stokjes, waar op lijm gestreken is, zo dat'er de pootjes aan vast kleven, wanneer zy naar eenen uil op zyn kruk komen. Ziet de Fakkel, Bladz. 220. Dit gaat wel zo gewis, dan die te willen vangen, door wat zouts op den steert te leggen. Men zegt dus ook van een quidam, 't Is een lijmstanger. (Carolus Tuinman: De oorsprong en uitleg van dagelyks gebruikte Nederduitsche spreekwoorden, opgeheldert tot grondig verstand der vaderlandsche moedertaal. Deel I. 1726)