Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 08-09-2020

kadasters

betekenis & definitie

(1909) (Barg.) aardappelen.

• Onder de eigenaardigste woorden uit het Rousselaarsch Bargoensch stippen wij aan: Sine of kine (ja,) drol of noppes (neen), bol (overheid), burgmak (burgemeester; zinspelend op mak of herdersstaf), preemerik (pastoor); preemkeete (kerk), fladder (geneesheer; van vladen of het vel uitstroopen, dus een spotnaam), granderik (policiekommissaris). waantje (policieagent). vliegend waandje (gendarm, vliegend omdat hij te paard rijdt), kribbelaar (schrijver), geeze (meisje), geschoor (volk), geezegeschoor (vrouwvolk), masse (vrouw), splinterbol (rijk man), bibberik of bidderik (rozenkrans), bijterik (tand), bikken (eten), kadasters (aardappelen), lakkerik (rijp), luchterik (lamp), ronderik (ei), snellerik of tuiterik (trein), tikkèrik (uurwerk), tippelen (gaan, vertrekken), kabeelen of preuvelen (spreken), spannen (zien), zitterik (stoel), trap (paard), passen (koopen), enz. (De Volksstem, 19/05/1909)

< >