1) (1992) (inf.) wagen van slechte kwaliteit. Zie ook: graf (1)*.
• (Wouter Schoonman: Autotaal. Over geld, sex, macht en status. 1992)
• Joe herhaalde de Iaatstgehoorde routeaanwijzing en stuurde zijn auto — in Lomark inmiddels tamelijk algemeen 'Speedboots grafbak' genoemd — door de sombere straten. (Tommy Wieringa: Joe Speedboot. 2005)
2) (1970+) (varianten: grafbek, grafhond, grafjong, grafkikker, graflijer, graflul, graftor) (scheldw.) vervelend, hufterig en arrogant persoon. In soldatenkringen gebruikt(e) men het synoniem 'graf-jong'. Grafkikker wordt door Van Dale het eerst vermeld in de editie van 1992.
• Grafjong. Ellendeling. (Henk Salleveldt: Het woordenboek van Jan Soldaat. 1978)
• Graflijer: hufterige figuur. (Kristiaan Laps: Nationaal Scheldwoordenboek. 1984)
• Graflijer: vervelend en arrogant persoon. 'Die graflijer kan nooit eens vriendelijk goedendag zeggen.' (Marc Hofkamp en Wim Westerman: Aso's, Bigi's, Crimi's. Jongerentaalwoorden-boek. 1989)
• Graflijer: hufterige figuur. (Kristiaan Laps: Nationaal scheldwoordenboek. 1984)
• Dus pakte ik die grafbak bij ze tering en gaf 'm een doodgooi. (Nieuwe Revu, 09/11/1994)
• Het stond voor hem vast: ik ga er nu heen, direct, en als ik die vent in mijn vingers krijg, maak ik hem af. Grafhonden! (Hans Sahar: Hoezo bloedmooi.1995)
• Dit gaat wel erg ver. Ik wil niet hypocriet zijn, want die grafkikker en dat kutkuiken komen mij ook de strot uit zetten, maar dit is niet bepaald een 'ludiek protest' te noemen. (www.geenstijl.nl, 21/06/2005)
• Wel acht hij het mogelijk dat Erik iets uitdagend riep, als 'grafkikker' of 'graftor'. (Nieuwe Revu, 13/07/2005)
• En hij leerde voor het eerst schelden. Lul en kut klonken hem bekend in de oren. Maar kankerlijer, grafbek, tyfushoer en bokkenlul waren nieuw. (Anne-Gine Goemans: Glijvlucht. 2011)
• Ik had veel vrienden. Ze sliepen bij je, ze aten bij je, ze leenden zonder terug te betalen, ze namen je auto’s mee. Graflijers en uitgenasten genoeg in de wereld. (Jan D. Swart, Johan Derksen: Kanjers, culthelden en engnekken. 2014) (Bep van Klaveren)
• Ze hebben een grote bek, maar werken, ho maar! Luie graflijers! (Alex Boogers: Alleen met de goden. 2015)
Gepubliceerd op 20-07-2020
grafbak
betekenis & definitie