Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 27-07-2020

Frederik Fluweel

betekenis & definitie

(1942) (Barg.) halfzacht iemand; doetje; vandaar ook: een homoseksueel. Naar de hoofdfiguur uit de gelijknamige strip van Webster in De Humorist (verschenen van 1936 tot 1941). De held was niet een soort 'Hulk' maar eerder een lulletje* rozenwater, een doetje*. In een verhaal van Baantjer, 'De Cock en het duel in de nacht' (1992) is sprake van een Frederik Fluweel, pseudoniem van een zekere Frederik van Fluijtenberg die de kluis had leeggeroofd van de Banque national de Lyondas. De buit werd nooit teruggevonden, maar Frederik Fluweel meldde zich wel bij de Nederlandse politie. Hij werd tot zeven jaar gevangenisstraf veroordeeld, maar ontsnapte uit de Bijlmerbajes.

Groot gelach, toen de kapitein den frederik-fluweel begon na te bootsen in houding, gang en manieren. (A. Roothaert: De vlam in de pan. 1942)
• ... Mooie Karei, Popey, Frederik Fluweel. De Beul was de eenige schrikwekkende figuur van de clan.... (Ko Luijckx: Het verbluffende Kamp: herinneringen aan het vrouwenwerkkamp Kampong. 1945)
• Frederik Fluweel, homosexueel. (Geïllustreerde Encyclopedie van de Sexualiteit. Ned. ver-taling van The Visual Dictionary of Sex. H.J.W. Becht-Amsterdam. 1977-1980. Woorden-lijst p. 126)
• Momenteel voeren de neosimpelmannen weer de boventoon, de halfliteraten; Frederik Flu-weel met een handvol woorden op zak op zoek naar het kleine geluk en betaalbare poëzie of een klein brokje omheind proza waarop zijn ik zich kan nestelen. Ze doen maar. Maar we zullen er wel mee rekening moeten houden dat het soort literatuur waar we het nu over heb-ben, het 'andere proza', experimenterende poëzie, avantgardetoneel voorgoed tot de subcul-tuur gaan behoren en, indien ooit, in de heel lange tijd niet meer tot de dominante cultuur zullen behoren, in de maatschappij niet en op de middelbare scholen niet, waar de democra-tisering wat de cultuur betreft desastreus om zich heen heeft gegrepen; ook op de universi-teiten overigens. (Willem M. Roggeman: Beroepsgeheim 2. Gesprekken met schrijvers. Hier met Sybren Polet. 1977)
• Frederik Fluweel: homosexueel, halfzachte. (Kristiaan Laps: Nationaal scheldwoordenboek. 1984)
• Soms was Sam diep ontmoedigd over zichzelf: een Frederik Fluweel, die dit jaar veertig zou worden. (Hans afkamp: Hoeveel vrienden heb ik gevonden. 1987)
• Frederik Fluweel: goedmoedige typering van (te) zachtaardig manspersoon. Lange tijd ook de aanduiding van een dandy of homoseksueel. Frederik Fluweel speelde een hoofdrol in een verstrooiend beeldverhaal in het blad 'De Humorist' (1936-1941). Balanceert thans op het randje van de vergetelheid. (het Vrije Volk, 21/05/1990)
• Op een morgen wordt aan het politiebureau Warmoesstraat een rouwkaart bezorgd. Het overlijdensbericht van `Frederik Fluweel`, bij zijn leven al een legende als kundig inbreker, zet rechercheur De Cock aan het denken. Hij herinnert zich dat Frederik van Fluijtenberg, alias Frederik Fluweel, jaren geleden de kluis leegroofde van de Banque national de Lyon-das. de buit werd nooit teruggevonden, maar Frederik Fluweel meldde zich wel bij de Ne-derlandse politie. Hij werd tot zeven jaar gevangenisstraf veroordeeld, maar ontsnapte uit de Bijlmerbajes. De Cock en Vledder raken beroepsmatig in Frederik Fluweel geinteresseerd, wanneer in verband met deze inbreker een aantal mysterieuze moorden plaatsvinden. Ze ra-ken verzeild in een van de spannendste zaken uit hun loopbaan, die hen voert naar Baarn en Brasschaat. (bespreking van Baantjer: De Cock en het duel in de nacht. 1992)
• Dit tot grote irritatie van de kinderen, die hem niet mochten en hem, achter zijn rug, 'Frederik Fluweel' noemden — naar een statige maar vooral stijve stripfiguur, die in die jaren populair was. (Gé Vaartjes: Herman de Man: een biografie. 1999)
• En Panorama waarbij ingesloten De Humorist met op de achterkrant de strip van Webster over de avonturen van Frederik Fluweel, het lulletje rozenwater, in het Engels Mr. Milktoast. Het ultieme l.r., zou je nu zeggen. (NRC Handelsblad, 22/12/2000)
• Door de komst van de aantrekkelijke campinggast Sjon (Hans Kesting) wordt eindelijk duidelijk dat Lukas Blijdschap (Marc-Marie Huijbregts) een Frederik Fluweel of anders gezegd 'een meid met een handvat' is. (Provinciale Zeeuwse courant, 06/12/2008)
• Houtappels' rijkste taalbron is het Bargoens, het geheimtaaltje van dieven en zwervers. Als Huipie wegens jeneversmokkel in het gevang belandt, heet dat in deze muzikale comedy de 'petoet' of 'hotel de houten lepel'. En van logé priester Patrick vraagt men zich af of hij een 'dubbellader' (biseksueel) is, zoals in vorige 'Schaep'-episodes' stangenpoetsters' (prostituees) en 'meiden met handvatten' (homo's) voorbijkwamen. Pensionhouder Lukas is natuurlijk eveneens een 'Frederik Fluweel' (beoefenaar van de herenliefde). (Trouw, 10/01/2011)

< >