(1992) (stud.) stage voor medische studenten. Kijk ook onder co*.
• Jonge onbezonnenheid, noemt ze het achteraf. Na vier jaar studie stagneerde haar planning: maandenlange wachttijden voor de co-schappen (zo heten stages voor artsen) waren inmiddels normaal. (Vrij Nederland, 19/12/1992)
• Als ouderejaars verloven ze zich, als ze van stand zijn, met een meisje uit de kennissenkring van hun ouders. Is dat niet voorradig, dan kiezen ze uit het ziekenhuis, waar ze co-schap lopen, een lieve verpleegster. (Lisette Lewin: Een hart van prikkeldraad, 1992)
• Volgende week begint Jan-Hein aan zijn co-schap. (Marijke Harberts: Doezamand, 1994)
• Nu loopt hij co-schappen en eind november kreeg hij al een opleidingsplaats tot internist. (Elsevier, 21/12/1996)
• Ze keek me aan – nee, ze keek gewoon op me néér – en toen zei ze dat ik dan wel een zesje gehaald moest hebben, anders zou ze zich mijn coschappen wel herinneren. (Myrthe van der Meer: Paaz. 2012)
• Tonio liep coschappen in het ziekenhuis van de Vrije Universiteit. (Thomas van Aalten: Leeuwenstrijd. 2014)
• Als ik dan later iets over het hoofd zie, of als er iets misgaat, ben ik ingedekt. Zoals nu met die coschappen, de ene keer mag je zelf een locatie regelen en de andere keer niet. (Martje van der Brug: Zo doen we dat hier. 2018)
• Highness gaat mee, hij zegt dat hij nog kan rijden en bovendien doet hij zijn coschappen op de eerste hulp, kent wat mensen daar en dus zal het snel gepiept zijn. (Jacco Metselaar: Het kerstdiner. 2019)
• Ik laat het plaatje altijd aan coassistenten zien bij aanvang van hun coschap op de afdeling gynaecologie. (Mieke Kerkhof: Eerst kijken, dan kunnen we nog altijd zien. 2021)