Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 18-06-2025

PALA

betekenis & definitie

Landstreek in het noordwesten van Anatolië, bekend uit hethitische spijkerschriftteksten, meestal gelijkgesteld met de door Strabo genoemde landstreek Blaëne in Paphlagonië (12, 562). Gedurende het oud-hethitische koninkrijk vormden Pala, Luwiya en Hattusa(s) de drie belangrijkste provincies van het rijk, voor zover dit binnen het huidige Turkije gelegen was.

Later, vanaf de 15e eeuw vC breidden de → Gasga-nomaden hun machtsgebied in het noordwesten van Anatolië aanzienlijk uit, met als gevolg dat het belang van Pala verminderde.Lit. A. Götze (RHA 1 fase. 1, 1930, 24w). E. Forrer (RLA, s.v. Balâ).

E. von Schuier, Die Kaskaer (Berlin 1965) 12-14. Ph. H. J. Houwink ten Cate (Anatolica 1, 1967, 45-49). [Houwink ten Cate]

< >