Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 18-06-2025

KITTU

betekenis & definitie

Βbabylonisch woord met de betekenis ’vastheid, betrouwbaarheid, recht’, vaak samen met mεsarum (’gerechtigheid’) voorkomend, ter aanduiding van een fundamenteel beginsel van de samenleving, als basis en concretisering van recht en wetten. Beide begrippen werden reeds in de oud-babylonische tijd gehypostaseerd en komen als goden (vooral in theofore persoonsnamen) voor, die gelden als kinderen van de zonnegod Samas, evenals hun sumerische equivalenten níg.gi.na en níg.si.sá van de zonnegod Utu.

Vergelijkbaar is de relatie tussen Helios en Dike bij de Grieken.Lit. B. Landsberger, Die babylonische Termini für Gesetz und Recht (Symbolae P. Koschaker, Leiden 1939, 220v). D. Holwerda, Helios en Dike bij Heraclitus (Groningen 1969). S.

M. Paul, Studies in the Book of Covenant in the Light of Cuneiform and Biblical Law (VTS 18, Leiden 1970, 5w). [Veenhof]

< >