Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 18-06-2025

KENIZZIETEN

betekenis & definitie

Kenizzieten (van hebr. qe naz), edomitische stam (van koper- en ijzersmeden? vgl. 1Kr 4,13v) waarvan Kenaz, kleinzoon van Esau en zoon van Elifaz (Gn 36,11,15,42; 1Kr 1,36,53) als stamvader wordt genoemd. Via de vader van Kalebs broeder Oth niël, ook Kenaz, in verband gebracht met de Kalebieten (Joz 15,17; Ri 1,13; 3,9,11; 1Kr 4,13).

Slechts Kaleb wordt Kenizziet genoemd (Nm 32,12; Joz 14,6,14), terwijl de Kenizzieten slechts eenmaal vermeld worden als een van de volken in het land Kanaan (Gn 15,20). Evenals de Kalebieten zijn de Kenizzieten waarschijnlijk opgegaan in de stam Juda.Lit. N. Glueck, Kenites and Kenizzites (PEQ 72, 1940, 22- 24). [Hoogewoud]

< >