Ischara (akkadisch: ishara, ouder eshara), babylonische godin van onbekende herkomst, voorkomend sinds de Ur III-tijd. Ze geldt als garante van de eed, wordt gekwalificeerd als ’vrouwe van het vonnis en de offerschouw’ en vertoont soms militante trekken.
Een van haar epitheta is ’gebiedster van de bewoonde streken (woonplaatsen)’. Ze vond, deels in dezelfde hoedanigheden, ook verering bij de Hethieten en in Ugarit, waar haar naam ook ushara gespeld wordt. Ze geldt als moeder van de vervaarlijke zevengodheid (Sibitti). Haar embleem en symbool is de schorpioen (ook als sterrebeeld).Lit. E. Douglas van Buren (AfO 12, 1937/39, 1-28). R. Frankema, Takultu (Leiden 1954) 93v, no. 89. J. Nougayrol, Ugaritica 5 (Paris 1968) 56 n. 23. [Veenhofl