Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

HELENUS

betekenis & definitie

Helenus (‘Ελενος), legendarische zoon van de trojaanse koning → Priamus en koningin Hecabe, tweelingbroer van Cassandra en evenals deze door Apollo bedeeld met zienersgaven.

Helenus voorspelde zijn broer Paris reeds voor diens vertrek naar Sparta alle onheil dat uit die reis zou voortkomen. Door Odysseus gevangen genomen, openbaarde hij deze dat de Achaeërs Troje zouden kunnen innemen op voorwaarde dat Achilles’ zoon → Neoptolemus en Philoctetes - deze met de boog en de pijlen van Heracles - aan de strijd deelnamen. Na de val van de stad aan Neoptolemus toegewezen, adviseerde Helenus deze niet over zee huiswaarts te keren. Na Neoptolemus’ dood huwde hij → Andromache en stichtte in Epirus de stad Buthrotum. Daar werd hij bezocht door Aeneas, aan wie hij het verdere verloop van zijn tocht voorspelde.Lit. Ilias 6, 75-101; 7, 44-53; 13, 576-600. Vergilius, Aeneis 3, 291-472. – Süss (PRE 7, 2844-2847). R. Engelmaan (Roscher 1, 1979-1981). [Nuchelmans]

< >