Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

CHIUS

betekenis & definitie

Chius (Χιος), grieks eiland, een van de Sporaden, voor de kust van Klein-Azië, tegenover het grote schiereiland van Erythrae, waarvan het door een 8 km brede zeestraat gescheiden is.

De noordelijke helft van het eiland, dat een oppervlakte van ruim 800 km2! heeft, is bergachtig (hoogste punt ca. 1270 m), het zuiden vlak. De voornaamste steden waren Chius (op de oostkust), Bolissus en Cardamyle. De oerbevolking, Lelegers of Pelasgen, zou door Ioniërs uit Attica en Euboea verdreven zijn. Chius werd naast andere plaatsen als de geboorteplaats van Homerus genoemd; er was ook een episch centrum der Homeriden. Het vruchtbare en welvarende eiland was lid van de ionische dodecapolis; zijn oudste munten dateren uit ca. 600 vC. Na de onderwerping door Cyrus (546) revolteerde het in 500. Bij Salamis vochten de Chioten aan perzische, bij Mycale weer aan griekse zijde. Na 478 was Chius lid van de attische zeebond, waarvan het afviel in 412; het eiland werd toen strijdtoneel (Thucydides 6, 14-61). Na 404 kreeg het een Spartaans garnizoen, doch in 384 sloot het zich weer bij Athene aan. In 357 viel Chius opnieuw af en werd de strijd tussen aristocraten en democraten hervat. In de hellenistische tijd was het bondgenoot der Romeinen tegen Antiochus de Grote (3), door Sulla werd Chius een civitas libera van de provincie Asia.In de archaïsche tijd was Chius een belangrijk artistiek centrum: van de beeldhouwers verdient o.a. Archermus vermelding, bekend door zijn in 1877 op Delus teruggevonden gevleugelde Nike (Athene, Nationaal Museum 21). Uit Chius stammen ook de z.g. chiotische vazen, gekenmerkt door zwarte en polychrome decoratie op een witte ondergrond (R. M. Cook, Greek Painted Pottery, 1960, 126w; 346). Beroemd was de chiotische wijn.

The British School in Athene heeft sinds 1952 belangrijke opgravingen verricht op de zuidkust van het eiland, dat overigens niet rijk is aan resten uit de oudheid.

Lit. L. Bürchner (PRE 2, 2286-2298). G. Bermond Montanari/E. Lissi (EAA 2, 556v). Philippson/Kirsten 4, 245w. Kirsten/Kraiker 538v. - D. W. S. Hunt, An Archaeological Survey of the Classicat Antiquities of the Island of Chios carried out between the Month of March and July 1938 (Ann. British School at Athens 49, 1940-50, 29-52). Opgravingsverslagen ib. 1954vv en Fasti Archeologici 1952w. [J. A. de Waele]

< >