Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

CALABRIË

betekenis & definitie

Calabrië heette in de oudheid de z.g. ’hak’ van Italië.

Eerst sinds de 7e eeuw nC draagt het oude land derBruttii de naam Calabrië. Het schiereiland, dat ca. 120 km lang en 35 a 50 km breed is, bestaat uit waterarm, maar vruchtbaar heuvelland, dat door de inspanning der bewoners (zie Messapii) o.a. wol, olijven, wijn en honing voortbracht. Na de stichting van Tarente (706/ 705 vC) kwam Calabrië onder griekse invloed, ca. 270 werd het door de Romeinen bezet. Toen keizer Augustus Italië in elf regiones verdeelde, voegde hij Calabrië met Apulië en het gebied rond Beneventum samen tot de regio II. De voornaamste steden waren → Tarente en → Brundisium; de griekse kolonies Callipolis (thans Gallipoli) en Hydruntum (thans Otranto) lagen resp. op de westkust en de oostkust. [Nuchelmans]

< >