Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

ASTAR

betekenis & definitie

In ugaritische teksten ('ttr) zoon van El en 'trt (zie Asjera), astrale godheid (avond- en morgenster), meer vereerd in Noord- en Zuid-Arabië dan door de Semieten van het westen en noorden.

Een parallel uit dit gebied is misschien Astar ('str-kms) uit r. 17 van de Mesasteen (ANET 320), aan wie koning Mesa de israëlitische inwoners van de stad Nebo (Nm 33,3.28) ter vernietiging wijdde, tenzij hier een vrouwelijke pendent van Kemos bedoeld is. Oorspronkelijk zal Astar de mannelijke pendant geweest zijn van → Astarte. [Beek]

< >