Woordenboek der oudheid

Prof. dr. J. Nuchelmans - Dr. J.H. Brouwers (1976)

Gepubliceerd op 21-02-2025

APHTHONIUS

betekenis & definitie

Aphthonius (Αφθονιος) van Antiochië, retoricaleraar ca. 400 nC, leraar van → Libanius.

Van Aphthonius’ geschriften zijn Προγυμνασματα (Vooroefeningen) en een verzameling van 40 fabels bewaard gebleven. De Προγυμνασματα bevatten 14 definities van retorische grondbegrippen, die elk door een voorbeeld toegelicht worden. Dit handboekje voor beginnelingen werd niet alleen in de byzantijnse scholen algemeen gebruikt, maar, in latijnse vertaling, ook in West-Europa tot in de 17e eeuw hoog gewaardeerd.Lit. Uitgaven: Editio princeps: Venetië 1513. Beste recente editie: H. Rabe, Aphthonii progymnasmata (Rhetores graeci 10, Leipzig 1926). De fabels: A. Hausrath/H. Hunger, Corpus fabularum Aesopicarum 1, 2 (Leipzig 1959). - Brzoska (PRE 1,2797-2800). [Nuchelmans]

< >