Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

Vredes van ATRECHT

betekenis & definitie

1. Op 4 Sept. 1414 sloot de hertog van Bourgondië Jan zonder Vrees, door de troepen der Armagnacs tot in Artois bedreigd, te Atrecht een voorlopige vrede met den dauphin Lodewijk van Guyenne, door bemiddeling van zijn zuster Margaretha van Holland-Henegouwen en van zijn broeder Anton van Brabant.

Hij beloofde o.m. zich van een bondgenootschap met de Engelsen te onthouden, een aantal vijanden van de Armagnacs te verbannen, en niet dan met toestemming van den koning naar Parijs terug te keren.Lit.: P. Thomas, Le texte authentique de la paix d’Arras (Revue du Nord V, 1914-18) ; J. Finot, La paix d’Arras (Annales de l’Est et du Nord II, 1908); O. Cartellieri, Zum Frieden von Arras (Sitzungsber. Heidelb. Akad. d.

Wissensch., Phil.-hist. Klasse, 1913); L. Mirot, Autour de la paix d’Arras (Bibl. École des Chartes LXXV, 1914).

2. Van 5 Aug. - 21 Sept. 1435 had te Atrecht, door bemiddeling van den pauselijken legaat kardinaal Albergati en van afgevaardigden van het Concilie van Bazel, een vredesconferentie plaats tussen Frankrijk, Bourgondië en Engeland. Toen de gezanten van koning Hendrik VI van Engeland onwillig bleken diens aanspraken op de Franse kroon prijs te geven en zich terugtrokken, liet Philips de Goede van Bourgondië zich door de legaten van zijn verplichtingen jegens de Engelsen ontslaan en trof hij op 21 Sept, een afzonderlijk vergelijk met Karel VII van Frankrijk. De vele concessies die deze genoodzaakt was te doen, waren geen te hoge prijs voor de beëindiging van het Engels-Bourgondische bond-, genootschap, waarmede het lot van de Engelse heerschappij in Frankrijk bezegeld was (z Honderdjarige Oorlog):

a. boete voor de moord op Jan zonder Vrees;

b. afstand van de graafschappen Mâcon, Auxerre en Boulogne, van Bar-sur-Seine, Péronne, Montdidier en Roye en van de voogdij over de abdij van Luxeuil, met inbegrip van de meeste domaniale en regale rechten en inkomsten in deze landen;

c. afstand, met recht van terugkoop voor 400 000 gouden schilden, van het graafschap Ponthieu en de zgn. Sommesteden ;

d. ontslag van Philips den Goede persoonlijk van iedere leensverplichting jegens Karel VII voor de duur van diens leven.

Lit.: E. Cosneau, Les grands traités de la guerre de Cent ans (Coll, de textes etc. VII, Paris 1889); Ant. de la Taverne, Journal de la paix d’Arras, éd. A. Bossuat (thèse Paris, Arras 1936); F. Schneider, Der europ. Friedenskongress von Arras (1435) und die Friedenspolitik Papst Eugens IV. und des Basler Konzils (Greiz 1919).

3. De 23ste Dec. 1482 sloten, onder pressie van de Vlaamse en Brabantse steden, afgevaardigden van Maximiliaan van Oostenrijk te Atrecht vrede met Lodewijk XI van Frankrijk. De 3-jarige Margaretha van Oostenrijk werd verloofd met den 12 jaar ouden dauphin Karel (VIII) en ontving als bruidsgift de graafschappen Artois, Franche-Comté, Mâcon en Auxerre, benevens Bar-sur-Seine en Salins. Voorlopig bleven deze landen onder de hoede van Lodewijk XI, die ze reeds voor het merendeel bezet had. Het hertogdom Bourgondië en de Sommesteden bleven stilzwijgend in diens bezit. Daarentegen zag de koning af van zijn aanspraken op Waals-Vlaanderen.

DRA. G.JONGKEES

Lit.: Ph. de Comines, éd. Lenglet du Fresnoy, IV: Preuves (Londres 1747), p. 95 vlg. ; L. M. G. Kooperberg, Margaretha van Oostenrijk, landvoogdes der Nederlanden (Diss. Leiden, Amsterdam 1908), hfdst. 1.

< >