Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHUMACHER, kurt

betekenis & definitie

Duits politicus (Kulm 13 Oct. 1895 - Bonn 20 Aug. 1952), verloor in Wereldoorlog I een arm, studeerde rechten en economie te Leipzig, Halle en Berlijn en promoveerde te Münster in de staatswetenschappen. Vervolgens werd hij politiek redacteur van de soc.-dem. Schwäbische Tagewacht. Van 1924-1931 was hij lid van de Württembergse Landdag en van 1930-1933 van de Rijksdag.

Onder het nat.-soc. regime, waarvan hij zich reeds vóór de machtsaanvaarding een verbitterd tegenstander had getoond, verbleef hij van 1933-1943 in concentratiekampen. Na zijn vrijlating werd hij nog twee maal gearresteerd. Na Duitslands capitulatie was hij een van de oprichters van de herleefde soc.-dem. partij, welker voorzitter in West-Duitsland hij in 1946 werd.Aan Schumacher is het vooral toe te schrijven, dat de Westduitse socialisten zich beslist gedistantieerd hebben van het communisme. In 1949 tot lid van de Bondsdag gekozen, leidde hij daar tot zijn dood de oppositie tegen de regering-Adenauer. In tegenstelling met vooroorlogse Duitse socialisten voerde hij een uitgesproken nationalistische politiek, welke gericht was op herstel van Duitslands eenheid en souvereiniteit. Heftig kantte hij zich tegen de Europese integratie-politiek van Adenauer. Schumacher was een van de markantste figuren van het na-oorlogse Duitsland. Lichamelijk een wrak (mede als gevolg van de langdurige gevangenschap), toonde hij een buitengewone geestkracht. Onbuigzaam en compromisloos streed hij tegen alles, wat hij als verkeerd zag.

Lit.: F. Wesemann, K. S., ein Leben für Deutschland (Frankfurt a. M. 1952).

< >