Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHÖNAICH-CAROLATH, emil (prins von)

betekenis & definitie

Duits dichter (Breslau 8 Apr. 1852 - kasteel Haseldorf, Holstein, 30 Apr. 1908), was enige jaren officier, maakte daarna grote reizen en verbleef later meest op zijn kastelen Palsgard in Denemarken en Haseldorf. Hij was een zeer begaafd lyricus en muntte uit door zijn meesterschap over de vorm.

Hij schreef voorts balladen en neo-romantische novellen. Op sociaal gebied eiste hij met grote nadruk verbetering van het lot der armen.Bibl.: Lieder an eine Verlorene (1878); Tauwasser (1881, nov.); Dichtungen (1883); Geschichten aus Moll (1884); Bürgerlicher Tod (1894); Der Heiland der Tiere (1896, nov.); Gedichte (1903); Gesamm. Werke (7 dln, 1907); Fern ragt ein Land (bloemlezing 1907).

Lit.: G. Schüler, Prinz E. v. S.-C. als Mensch und Dichter (1909); E. Becker, E. Prinz von S.-C. (1927).

< >