Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Martinus NIJHOFF’S boekhandel en uitgevers mij, N.V.

betekenis & definitie

te ’s-Gravenhage, is thans tot een wereldzaak gegroeid. Martinus Nijhoff (Arnhem 26 Dec. 1826 - ’s-Gravenhage 24 Sept. 1894), tweede zoon van Isaac Anne Nijhoff voornoemd, vestigde zijn boekhandel op 1 Jan. 1853 te ’s-Gravenhage en beoefende aanvankelijk vnl. de handel in antiquarische boeken.

Het karakter van zijn zaak was van de aanvang af strikt wetenschappelijk; ook toen hij zich weldra op uitgeversterrein ging begeven, waren het vooral werken op het gebied van de geschiedenis, het staatsrecht, de koloniën, de kunstgeschiedenis, de middeleeuwse letterkunde en de bibliografie, die hij het licht deed zien. Bekend is hij als stichter en uitgever van De Nederlandsche Spectator. Hij gaf de zaak haar bekende spreuk: „Alles komt teregt”. In 1879 werd P. A. M. Boele van Hensbroek, later schoonzoon van Martinus Nijhoff, zijn vennoot, terwijl in 1891 zijn tweede zoon Wouter Nijhoff in de zaak werd opgenomen.

Nadat de vennootschap onder de firma Mart. Nijhoff, tussen Boele van Hensbroek en Wouter Nijhoff gesloten na het overlijden van Martinus Nijhoff, in 1905 was ontbonden, zette Wouter de zaak voor eigen rekening voort. In 1917 werd de firma omgezet in een N.V., met W. Nijhoff als directeur.Zijn neef Wouter Nijhoff (Amsterdam 21 Juli 1895) werd in 1928 mede-directeur, na het overlijden van W. Nijhoff directeur, terwijl hij per 1 Juni 1951 tot president-directeur werd benoemd met P. A. Dijkema en Ch, Gilhuys als directeuren. Tot de grote uitgaven der firma Nijhoff, die thans in de handel zijn, behoren o.a. Fruin’s Wetboeken, de drie uitgaven van Van Dale’s Woordenboek der Nederlandse taal, de serie Handboeken, de fraaie herdruk van Barlaeus’ Brazilië, Van Oort’s Ornithologia neerlandica, de Geschiedkundige Atlas van Beekman, Van Marle: The Development of the Italian Schools of Painting e.a., alsmede het tijdschrift „Het Boek”. Bekend is ten slotte de firma Nijhoff door het groot aantal wetenschappelijke uitgaven, door haar voor regeringslichamen, verenigingen e.a. geëxploiteerd, zoals de uitgaven van de Unesco, die van de Linschoten-Vereeniging, van het Instituut van Taal-, Land- en Volkenkunde e.a.

Lit.: (H. W. v. Tricht) Het Arnhemsche geslacht N. (’s-Gravenhage 1931); (W. Nijhoff) De Arnhemsche boekverkopers en uitgevers N. Geschiedenis en bibliographie (’s-Gravenhage 1934). Over Wouter Nijhoff: Het Boek XV (1926).

XXIX (1945) en Levensber. Mij Ned. Lett. (i946/’47).

< >