Nederlands humanist en opvoedkundige (Roermond 1480 - Deventer 2 Oct. 1517), werd opgevoed te Deventer, waar hij een leerling was van Hegius. Van 1498 tot 1513 leefde hij in Munster, waar hij in 1508 rector werd van de Latijnse School.
In 1513 keerde hij terug naar Nederland, waar hij rector werd te Alkmaar en op het eind van zijn leven korte tijd te Deventer. Hij is o.a. belangrijk om de schoolboeken, die hij geschreven heeft en die wijd verbreid waren, zoals bijv. Pappapuerorum (Coloniae 1513), een boek over Latijn voor beginners, een bloemlezing uit Latijnse poëzie, enz. Met Reuchlin, een beroemd Duits humanist, verdedigde hij het humanisme.Bibl.: Ausgew. Gedichte. Urtext u. metr. Ubers, v. D. Reichling (1881); Ausgew.
Werke, v. A. Bomer, 2 dln (Munster 18911892); Des Joh. M. pädag. Schriften übersetzt, erläutert u. m. e. Einl. versehen v.
J. Freundgen (Paderborn 1894).
Lit.: D. Reichling, Joh. M., sein Leben u. s. Werke (1880), vgl. H. E. v.
Gelder, Gesch. der Lat. School te Alkmaar (Alkmaar 1905).
