Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Hendrik Johannes ter HALL

betekenis & definitie

Nederlands revue-schrijver en-ondernemer (5 Febr. 1866 - Rijswijk Mei 1944), was eerst muzikant bij de Marinekapel in Den Helder en debuteerde 27 Dec. 1892 als beroeps-komiek. O.a. droeg hij eigen werk voor Geprikkeld door het succes van de Reyding-revues (o.a. van De Doofpot, die 250 achtereenvolgende voorstellingen beleefde) schreef hij in 1894 de revuesketch Naar de tentoonstelling, waarmee hij het gehele land bereisde.

Op 1 Jan. 1908 gaf hij zijn eerste grote avondvullende revue Doe er een deksel op (met Piet Kohier). Deze revue werd door vele gevolgd. De grote zorg, besteed aan teksten, keuze der medewerkers en montering, maar vooral de zorgvuldigheid waarmede alles geweerd werd wat de goede smaak kon kwetsen, maakten dat hij zich stormenderhand een eerste plaats veroverde in de Nederlandse amusementswereld. De première van de nieuwe Ter Hall-revue werd een ieder jaar met spanning tegemoetgeziene toneelgebeurtenis, vooral nadat in 1916 de komiek Johan Buziau* tot het gezelschap was toegetreden.Ter Hall, die zich te Rijswijk vestigde, werd daar Raadslid en was de eerste Nederlandse tonelist die actief het parlement betrad. In 1918 als lid van Treub’s Neutrale Partij tot lid van de Tweede Kamer gekozen, bleef hij tot 1925 deel uitmaken van dat lichaam. Hij had een belangrijk aandeel in de totstandkoming van de Bioscoopwet en hij is tot zijn dood lid van de Centrale Filmkeuring gebleven. Bij zijn verkiezing tot Kamerlid nam hij afscheid van de planken, doch de zakelijke en artistieke leiding van zijn tot een belangrijk bedrijf uitgegroeide revue-gezelschap bleef hij behouden. Een groot deel van zijn werkkracht wijdde hij aan het door hem opgerichte Dorus Rijkers *-fonds.

< >