graaf de, Frans scheikundige (Talloires 9 Nov. 1748 - Arcueil 6 Nov. 1822), was sinds 1794 hoogleraar in de chemie aan de Ecole Normale te Parijs en was een van de geleerden, die Napoleon Bonaparte op zijn expeditie naar Egypte in 17987*99 vergezelden. Behalve door zijn experimentele onderzoekingen (samenstelling van ammoniak, onderzoekingen over het chloor, over het knalkwik, enz.) is hij in de geschiedenis der chemie beroemd geworden door zijn: Essay de Statique chimique (2 dln, Paris 1803) en zijn: Recherches sur les lois de l’affinité (Paris 1801), waarin hij de leer der onvoltooide (evenwichts-) reacties en der veranderlijke affiniteit ontwikkelde en aldus de grondlegger werd van de wet der chemische massawerking.
De tijdgenoten hebben de betekenis van Berthollet’s denkbeelden niet erkend; pas 60 jaren later werd hun principiële juistheid door het werk van Guldberg en Waage e.a. in het licht gesteld en veroverde het begrip der actieve massa der reagerende stofeoorten voorgoed zijn plaats in de chemische wetenschap.