bekend Amerikaans indoloog (Norwich, Conn., 8 Juli 1850 Cambridge, Mass., 20 Febr. 1941), doceerde van 1876-1880 Sanskrit aan de Johns Hopkins Universiteit, waarna hij gewoon hoogleraar werd te Harvard, welk ambt hij tot 1926 vervulde. Tijdens een rondreis in Indië legde hij voor de Harvard Universiteit een prachtige collectie Indische handschriften aan, die nog steeds de voornaamste van Amerika is.
Door hem werd eveneens de aan alle Sanskritisten welbekende „Harvard Oriental Series” uitgegeven.Bibl.: Eng. vert. van Rajaéekhara’s Karpüramanjari (1901); verbet, uitg. v. Whitney’s vertaling van de Atharvaveda (1905); A Sanskrit Reader with Vocabulary and Notes (1884-’88).
Lit.: Izwest. Akad. Nauk St Peters burg, VI serie 2 (1908), p. 35; Indian Studies in honor of Gh. R. L. (1929).
