is de naam van een bekend Nederlands geslacht. Daarvan zijn te noemen:
1. Jan van Bloys, gezegd Treslong (gest. Brussel 1 Juni 1568), was een broer van Willem, en deed als deze ijverig mee aan het verzet tegen de geloofsvervolging enz. Hij sloot zich aan bij het Verbond der Edelen en getuigde (waarschijnlijk ook door gewelddadigheden in 1566) openlijk van zijn Hervormingsgezindheid. Bij een mislukte aanslag op Walcheren en Middelburg (1567) werd hij gevangen genomen en in 1568 te Brussel onthoofd.
2. Willem van Bloys, gezegd Treslong, Heer van Oudenhoven enz. in Vlaanderen, Treslong in Henegouwen, en van Cabauw in Holland (Brielle ca 1529 - bij Leiden 1594), was de zoon van de baljuw van Brielle en Voorne, vertoefde in zijn jeugd aan het hof van Maximiliaan van Bourgondië, markgraaf van Vere, en trad in 1556 in zeedienst. Hij volgde Karel V naar Spanje en de admiraal Boshuizen naar Denemarken en voegde zich, als voorstander der Hervorming in 1566 bij het Verbond der Edelen.
Daarna vinden we hem overal, waar verzet is, vooraan: hij heeft deel aan de Beeldenstorm in Den Haag, staat in dienst van Brederode, woont de vergaderingen van het Verbond bij, en doet mee aan de aanslag op Amsterdam. In 1567 genoodzaakt de wijk te nemen naar Emden, streed hij 23 Mei 1568 bij Heiligerlee en ontkwam 21 Juli d.a.v. met zware wonden te Jemmingen ternauwernood aan de vijand. Natuurlijk gaf hij het verzet niet op, feller zelfs was hij door de onthoofding van zijn broer Jan. Hij voegt zich dus met zijn schip bij de Watergeuzen en plundert hevig, terwijl zijn moeder de buit te Emden verkoopt (1571). In het begin van 1572 heet hij hun generaal-kapitein en als zodanig bewerkt hij met Lumey de aanslag op Den Briel. Hij gaat dan korte tijd naar Vlissingen, wordt baljuw van Voorne en in 1573 admiraal van Holland, in 1576 van Zeeland.
In deze functie heeft hij de Spanjaarden veel afbreuk gedaan. Zijn heftige natuur maakte hem veel vijanden en hij heeft dan ook vele teleurstellingen ondervonden. Teruggetrokken leefde hij de laatste jaren op het huis te Swieten bij Leiden.
3. Otto, een afstammeling van Willem, was in de Engelse oorlog van 1665 en 1666 kapitein ter zee en een van de beste officieren der vloot. Hij voerde in de Vierdaagse zeeslag (11-14 Juni 1666) het bevel over het schip „Duivenvoorde”. Reeds op de eerste dag vloog het vaartuig in de lucht en daarbij kwam Otto om het leven.
4-8. Jhr Cornelis Ysaac (1763-1828); Jhr Jacob Arnout Bastingius (1756-1825); Jhr Jan Lodewijk Guy (1775-1827); Johan Arnold (1757-1824); Jhr Willem Otto (1765-1837) waren de zoons van een burgemeester van Steenbergen en onderscheidden zich allen bij de marine, zowel in de Vierde Engelse oorlog als in de strijd daarna, o.a. ook in de slag bij Kamperduin, waarin Jacob en Johan beiden gewond werden. Dezen dienden ook onder het koninkrijk Holland, Cornelis was in 1795 gepensionneerd. Willem Otto heeft zich vooral in West-Indië (1802-1804) verdienstelijk gemaakt en was onder koning Lodewijk hofmaarschalk. Jan Lodewijk werd onder de Bataafse Republiek ontvanger-generaal der Marine. Vier van hen werden door koning Willem I in de adelstand verheven.
DR H. A. ENNO VAN GELDER