Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

AROMATISCHE MIDDELEN

betekenis & definitie

zijn geneesmiddelen, welke vluchtige, meestal welriekende aetherische oliën bevatten en ook als specerij worden gebruikt. Zij werken, in geringe hoeveelheden toegediend, slechts zwak, maar in grotere zeer sterk op het slijmvlies van de mond, van de maag en van het darmkanaal en evenzo op de huid.

Zij vermeerderen de afscheiding van de speekselklieren, van het slijmvlies der maag en van de alvleesklier; zij prikkelen de zenuwen en versnellen de bloedsomloop. Behalve aetherische oliën bevatten zij vooral harsen, harsachtige of gekristalliseerde zelfstandigheden, extractiefstoffen en sommige zuren, zoals benzoë-, looizuur enz., benevens zetmeel en gommen. Bijna alle zijn uit de tropen, vooral van de Molukken en uit West-Indië afkomstig. Men gebruikt ze doorgaans als toevoeging aan spijzen en dranken, gedeeltelijk om de verteerbaarheid te bevorderen, gedeeltelijk om de smaak aangenamer te maken. Ook worden zij als geneesmiddelen toegediend aan herstellende zieken, die door een zware ziekte zijn uitgeput, en in het algemeen aan hen, die een prikkeling der zenuwen en een opwekking der krachten behoeven.De belangrijkste aromatische middelen zijn: kalmoes, gember, curcuma, alant, wolverlei, kaneel, cassia, laurierbladeren, notemuskaat, cardamomum, kruidnagels, vanille en saffraan. Zij worden afzonderlijk en ook wel in verbinding met andere zelfstandigheden voorgeschreven; in de pharmacopoeën vindt men een aantal van dergelijke aromatische praeparaten. Sommige worden ook in het dagelijkse leven als specerijen gebezigd (kaneel, kruidnagels, vanille, enz.).

< >