omvat als economisch leerstuk zowel de condities welke bij de ruil der arbeidskracht tot stand komen als de voorwaarden waaronder de arbeid geschiedt. Over het algemeen beperkt men zich bij dit leerstuk tot de arbeid, welke in loondienst wordt verricht.
Aangezien dit een onderdeel der bedrijfseconomie is, behoren er zowel de arbeidsvoorwaarden in het particuliere bedrijf als die van de overheid toe. Voorts bestaat het probleem zowel voor de hoofd- als voor de handarbeid. Tot het leerstuk behoren dus twee categorieën van vraagstukken. In de eerste plaats die, welke betrekking hebben op de ruil van de arbeidskracht, dus de condities van het arbeidscontract. Behalve de vraagstukken van het loon in de uitgebreidste zin, de arbeidstijd, vacantieregeling, rusttijden enz., behoren hiertoe ook de vraagstukken in breder verband, zoals de collectieve arbeidsovereenkomsten, de strijd tussen de partijen bij het arbeidscontract (arbeidsconflict enz.), de samenwerking van deze partijen (gesloten bedrijfstak enz.) alsmede de vraagstukken als medezeggenschap, winstdeling en bedrijfsmedebezit. De sociale voorzieningen (pensioen, kinderbijslag, ongevals-, ziekte- en invaliditeitsverzekering) vallen mede in deze categorie.
Tot de tweede categorie van vraagstukken behoren die, waaronder de arbeider de arbeid verricht. Hier treden vraagstukken op, welke van een andere orde, maar voor den arbeider ook van grote betekenis zijn. Wij denken hier aan het medische toezicht en de medische verzorging, aan onderbreking van de arbeid ter voorkoming van vermoeidheid of monotonie, aan het verlenen van faciliteiten (cantines), aan de vraagstukken van mede-beraad van den arbeider, kortom aan het hele complex van maatregelen, dat rekening houdt met het feit, dat de arbeid onverbrekelijk aan den arbeider is gebonden en dat mitsdien niet arbeid, maar arbeiders in het bedrijf aanwezig zijn. In de nieuwere Amerikaanse literatuur bestaat een streven hier in sterke mate de psychologie op de voorgrond te plaatsen en ook het gezin in deze maatregelen te betrekken. In navolging van Limperg menen wij, dat het leerstuk zich tot het economische dient te beperken en dat de psychologische, medische en andere buiten-economische resultaten voor het leerstuk der arbeidsvoorwaarden alleen maar gegevens mogen zijn (z verder bedrijfsmedebezit, medezeggenschap, samenwerking in bedrijf, sociale bedrijfspolitiek en winstdeling).