Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Alidius warmondus lambertus tjarda van starkenborch stachouwer

betekenis & definitie

Jhr, Nederlands staatsman (Groningen 7 Mrt 1888), studeerde rechten te Groningen en promoveerde in 1911. Van 1912-1915 was hij werkzaam aan het ministerie van Buitenlandse Zaken en van 1915-1925 aan de Nederlandse legaties te Washington, Parijs en Berlijn.

In 1925 werd hij Commissaris der Koningin in de provincie Groningen. In 1933 legde hij deze functie neer wegens zijn benoeming tot buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister te Brussel. In 1936 werd hij benoemd tot G.-G. van Ned.-Indië, als opvolger van Jhr De Jonge. Hij handhaafde het gezag krachtig, doch voerde een iets liberaler beleid dan zijn voorganger. Het grootste deel van zijn ambtsperiode is in beslag genomen door Wereldoorlog II. In Dec. 1941 werd Ned.-Indië zelf actief in de oorlog betrokken en begin Mrt 1942 landden de Japanners op Java. Op 9 Mrt volgde de onvoorwaardelijke capitulatie. De G.-G. had het consigne gegeven, dat de Nederlanders, mannen zowel als vrouwen en kinderen, moesten blijven. Zelf gaf hij hierbij het voorbeeld, met het gevolg, dat hij ruim drie jaren in krijgsgevangenschap doorbracht, eerst op Formosa, later in Mandsjoerije. Na de Japanse capitulatie werd hij bevrijd (19 Aug. 1945). Gerepatrieerd, nam hij op 16 Oct. 1945 zijn ontslag, daar hij zich niet kon verenigen met de tegemoetkomende houding der Ned. regering tegenover de Indonesische revolutie. Jhr Tjarda is de laatste G.-G. van Ned.-Indië geweest. Na hem is de landvoogdij tot aan de Souvereiniteitsoverdracht uitgeoefend eerst door een Luitenant-Gouverneur-Generaal (dr.Van Mook), vervolgens door Hoge Vertegenwoordigers van de Kroon. Begin 1946 werd Jhr Tjarda tot ambassadeur in Parijs benoemd. In deze functie tekende hij 10 Febr. 1947 de vredesverdragen met de As-satellieten. Op 1 Dec. 1948 trad hij af. De 4de Juli 1950 werd hij Nederlands vertegenwoordiger in de Raad van Plaatsvervangers van het Noordatlantisch Pact, te Londen. Na de reorganisatie der N.A.T.O. in Febr. 1952 kreeg hij zitting in de Noordatlantische Raad.

< >