Rijksstad noemde men in het vroegere Duitsche Keizerrijk eene stad, welke geen anderen opperheer erkende dan den Keizer, zoodat zij de souvereiniteit bezat op haar grondgebied en zitting en stem had op den Rijksdag. Doorgaans regeerden de overheidspersonen van zulke steden zelfstandig, zonder zich veel om den Keizer te bekreunen. Te voren waren er vele rijkssteden; sommige van deze hadden hare vrijheid gekocht en andere nooit een keizerlijk vazal erkend als souverein. In 1803 verloren de rijkssteden hare voorregten, met uitzondering van Augsburg, Bremen , Lübeck, Hamburg, Nürnberg en Frankfort aan de Main, terwijl thans slecht Hamburg, Lübeck en Bremen als vrije steden worden erkend.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
