François Ravaillac, de moordenaar van Hendrik IV, koning van Frankrijk, werd geboren te Angoulême in 1578. Hij was eerst klerk, daarna onderwijzer in zijne geboorteplaats en geraakte eindelijk wegens schulden in de gevangenis. Hier verviel hij tot dweeperij en trad op eene reis naar Parijs in de Orde der Feuillants.
Hieruit ontslagen, verkeerde hij in zijne geboorteplaats in benarde omstandigheden, en werd als een vurig Ultramontaan door valsche berigten omtrent de vijandigheid van Hendrik IV jegens der Paus tot de bloedige daad geprikkeld, welke hij den 15den Mei 1610 volbragt, doordien hij in de naauwe straat de la Ferronnerie, waar het rijtuig eenige oogenblikken moest stilstaan, met een mes het hart des Konings doorboorde. Hij werd aanstonds in hechtenis genomen en verhoord, maar het bleek, dat hij geene medepligtigen had. Nadat men hem op de wreedste wijze geruimen tijd gemarteld had, werd hij den 27sten Mei op het Grève-plein door paarden vaneengescheurd. Sommigen hebben de Jezuïeten als oorzaken dezer euveldaad beschouwd en gemeend, dat het Spaansche Hof zich van hen bediend heeft, om Hendrik IV uit den weg te ruimen, terwijl anderen die zoeken in de Koningin en in haren gunsteling Concini. De procèsstukken bewijzen echter, dat Ravaillac enkel gehoor gegeven heeft aan zijn kerkelijk fanatismus.
