Peucker (Eduard von), een Pruissisch generaal, geboren den 19den Januarij 1791 te Schmiedeberg in Silézië, bezocht het Maria-Magdalena-gymnasium te Breslau, trad in 1809 in dienst bÿ de Pruissische artillerie, werd in 1811 tot officier bevorderd, was in 1842 opgeklommen tot generaal-majoor en werd in 1848 Pruissisch militair gevolmagtigde bij de militaire Bondscommissie te Frankfort aan de Main.
Hier benoemde de Rijksbestuurder hem tot minister van Oorlog, welke betrekking hij tot in 1849 bekleedde. In 1854 werd hij inspecteur-generaal der infanterie. In 1872 nam hij zitting in het Huis des Heeren, en overleed den 10den Februarij 1876. Hij schreef: „Beiträge zur Beleuchtung einiger Grundlagen für die Künftige Wehrverfaszung Deutschlands (1848)” en het belangrijke werk: „Das deutsche Kriegswesen der Urzeit (1864—1864, 3 dln)”, waarvoor de universiteit te Berlijn hem het doctorsdiploma toekende.