Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 10-08-2018

Normandië

betekenis & definitie

Normandië, eene der oude provinciën van Frankrijk en tevens een hertogdom, grensde in het noorden en westen aan het Kanaal, in het oosten aan Picardië en Isle de France en in het zuiden aan Orléanais, Maine en Bretagne en omvatte de hedendaagsche departementen Seine Inférieure, Eure, Calvados , Orne en Manche, te zamen 588 geogr. mijl met 21/2 millioen inwoners en Rouen als hoofdstad. Dit land, naar de Noormannen (zie aldaar) alzoo genoemd, was weleer bewoond door een aantal kleine Gallische stammen en vormde in den tijd der Romeinen een gedeelte van Gallia Lugdunensis Secunda. Nadat het in de 6de eeuw door de Franken veroverd was, behoorde het onder de Merovingische koningen tot Neustrië. Bij de verdeeling van het Frankische rijk onder de zonen van Lodewijk de Vrome viel het ten deel aan Karel de Kale, die Robert van Anjou de Dappere, den stamvader van het Capetingische Huis, in 861 met het hertogdom tusschen de Seine en de Loire begiftigde.

Na dien tijd droeg het den naam van Hertogdom van Frankrijk (Duché de France). Om zich tegen de aanvallen der Noormannen te beveiligen, gaf Karel de Eenvoudige in 912 zijne dochter Gisela aan hun hertog Rollo ten huwelijk en schonk dezen het land van de Epte tot aan zee, benevens de leenheerschappij over Bretagne. Rollo omhelsde het Christendom, aanvaardde den naam van Robert I en maakte zich als wetgever verdienstelijk jegens zijne onderdanen. Zijn kleinzoon Richard I (942) verdedigde het land tegen Lodewijk IV en Lotharius, koningen van Frankrijk, en diens zoon Richard II verjoeg de Engelschen, die een inval waagden in zijn gebied (1003). Een onechte kleinzoon van dezen, Willem II de Veroveraar, bleef met hulp van Hendrik I, koning van Frankrijk, in het bezit van Normandië, ondersteunde koning Eduard III van Engeland tegen de Denen, zoodat deze hem vervolgens tot erfgenaam benoemde van zijn rijk, stevende in 1066 na den dood van Eduard met eene vloot naar Engeland, versloeg den kroonpretendent Harald van Wessex den 14den October 1066 bij Hastings en werd op het slagveld tot Koning van Engeland uitgeroepen. Eerst na zijn dood werd hij in Normandië opgevolgd door zijn oudsten zoon Robert II, terwijl een jongere zoon, Willem de Roode, de heerschappij in Engeland behield. In 1106 deed Hendrik I, koning van Engeland, een inval in Normandië, overwon Robert II bij Tinchebrai, nam hem gevangen en vereenigde Normandië met Engeland. Na den dood van Hendrik I werd Godfried Plantagenet, gehuwd met 's Konings éénige dochter Mathilde, hertog van Normandië en koning van Engeland.

Lodewijk VI, koning van Frankrijk, had inmiddels graaf Steven van Blois, een. neef van Hendrik I, met Normandië beleend, en eerst in 1144 gelukte het Godfried, zich wederom meester te maken van dat gewest. Hij werd opgevolgd door zijn zoon Hendrik II. Toen de zoon van dezen, Jan zonder Land, na den dood zijner broeders Richard I en Godfried van Bretagne, den zoon van laatstgenoemde, Arthur, van het bezit van Normandië beroofde en deed ombrengen, maakte Philippus Augustus, koning van Frankrijk, daarop aanspraak als een Fransch leen en veroverde het in 1204. Na de hierop volgende oorlogen stond Hendrik III het hertogdom af aan Lodewijk de Heilige, koning van Frankrijk. Den 19den Maart 1316 schonk Lodewijk X aan Normandië een vrijheidsbrief (Charte Normande), welke aan het hertogdom eene eigene regtsbedeeling toekende. Hendrik V, koning van Engeland, veroverde Normandië in 1417—1419, doch in 1450 werd het door Karel VII weder bij Frankrijk gevoegd, waaraan het na dien tijd steeds bleef toebehooren.

< >